Mediaplanet kreeg de kans om met Jamie zelf te spreken over zijn Food Revolution, de steeds succesvollere initiatieven voor lokaal geproduceerd voedsel en, waar hij vooral om bekend staat, de gezonde maaltijd om thuis op tafel te zetten.
Hoe is Food Revolution Day begonnen? Waar komt het idee vandaan?
Ik ben ongeveer vijf jaar geleden op het idee gekomen. Steeds kwam ik briljante, gepassioneerde voedingsvoorlichters uit de hele wereld tegen, maar er was niets dat hen samenbracht. Daarom heb ik besloten een dag te organiseren waarop iedereen die bezig is met dit onderwerp kan samenkomen en de boodschap uit volle borst kan uitdragen. In 2012 zijn we gestart met een paar vrijwilligers en aantal laptops en sindsdien is het evenement elk jaar groter geworden.
Wat is de bedoeling van de Food Revolution Day?
Ons beter bewust te worden van het belang om wereldwijd goed onderwijs over voedsel te geven. We worden geconfronteerd met een epidemie van overgewicht en ziektes die het gevolg zijn van slecht eten en daarvoor moeten snel oplossingen worden gevonden. Dit jaar ben ik begonnen met een petitie, waarvan ik hoop dat het regeringen duidelijk maakt hoe overtuigd en gepassioneerd mensen zijn over het belang van verplicht onderwijs over voedsel voor al onze kinderen. De achterliggende gedachte is dat, wanneer er niets gedaan wordt, de volgende generatie korter zal leven dan hun ouders.
Waar komt je passie voor boeken over eten vandaan?
Ik ben er heilig van overtuigd dat het recht om te leren over voedsel en koken een fundamenteel mensenrecht is voor ieder kind. Hiermee kunnen ze later voor zichzelf en voor hun toekomstige gezinnen zorgen. In eerdere generaties werd deze vaardigheid gewoon doorgegeven, maar gedurende de afgelopen dertig jaar, is deze traditie verloren gegaan. Hierdoor groeien er nu kinderen op die geen idee hebben over wat goed eten is en wat niet.
Het gevolg hiervan is dat we steeds meer kinderen zien met gewichtsproblemen. In de wereld zijn er meer dan 42 miljoen kinderen onder de vijf jaar te dik of hebben obesitas. In Canada bijvoorbeeld, heb ik vorige jaar met Sobeys het Better Food Fund gelanceerd. Als onderdeel van dat programma hebben ze met de organisatie Free the Children een kookprogramma ontwikkeld dat ‘Home Cook Heroes’ heet en dat schoolgaande tieners van alles over voedsel leert. Dat is maar één van de vele goede initiatieven die overal ter wereld worden gedaan, maar het is nog steeds te weinig. Er moet nog meer gebeuren.
Denk je dat onderwijs dé oplossing voor een gezondere samenleving is?
Ja, absoluut. Ik heb met mijn eigen ogen gezien dat het werkt – zowel met mijn eigen keukentuinproject in Groot-Brittannië als met het werk van verschillende initiatiefnemers overal ter wereld, zoals Stephanie Alexander in Australië. (Met Stephanie Alexander’s Kitchen Garden Program).
Hoe kunnen ouders hun kinderen enthousiast maken over voedsel en koken?
De makkelijkste manier is om kinderen al op jonge leeftijd te betrekken bij het koken. Als kinderen zelf iets over hun eten te zeggen hebben, is de kans veel groter dat ze het opeten. Zelfs toen ze nog heel klein waren, heb ik mijn eigen kinderen betrokken bij het plukken van kruiden en het doen van eenvoudige klusjes, zoals mixen, wat ze ongelofelijk leuk vonden om te doen. Er gewoon iets leuks van maken en wat maakt het uit als het zo nu en dan een beetje een troep wordt in de keuken!
Wat kunnen mensen in het dagelijkse leven doen om koken leuk te maken?
Voor mij en voor heel veel ander mensen, is koken sowieso hartstikke leuk. Maar, als je niet van koken houdt, dan is het volgens mij goed om een paar snelle maaltijden uit te zoeken, die makkelijk en leuk zijn om te maken. Als dat is gelukt, kom er misschien wel meer.
Hoe heeft het initiatief om lokaal geproduceerd voedsel te eten de manier waarop mensen tegen eten aankijken en kopen veranderd?
Voor de meeste mensen is de supermarkt nog steeds de plek waar ze hun dagelijkse boodschappen halen, maar veel supermarkten verkopen tegenwoordig seizoensproducten die ze lokaal inkopen, en dat is fantastisch. Sommige mensen, denk ik, zouden graag nog verder gaan in het “lokaal produceren”. Dat zou betekenen dat er markten zouden moeten zijn met boeren, winkels op boerderijen en speciale verkooppunten. Zolang mensen vers voedsel kopen en niet te veel kant-en-klaar, zijn we wat mij betreft op de goede weg.
Waarom is het belangrijk om te worden geïnformeerd over dierenwelzijn en keurmerken voor diervriendelijke producten?
Ik ben altijd een groot voorstander geweest van welk initiatief dan ook om het dierenwelzijn te verbeteren. Daarnaast heb ik als tv-maker programma’s gemaakt over kippen- en varkenshouderijen en over duurzaam vissen. Ik eet vlees, maar ik vind dat als we vlees eten, we ook de plicht hebben om goed te zorgen voor de dieren die worden gefokt om als voedsel te dienen.
Als programmamaker ben ik de verschrikkelijkste omstandigheden tegengekomen waarin dieren leven, omstandigheden die je je bijna niet kunt voorstellen. Ik zal mensen altijd stimuleren om te zorgen voor een beter welzijn voor dieren. Wat betreft vlees, ga ik absoluut voor kwaliteit en niet voor kwantiteit – dat is beter voor ons, beter voor de dieren en het is duurzamer.
