Precisielandbouw kan de sector verduurzamen en genereert hogere opbrengsten. De WUR onderzoekt de meest optimale toepassingen voor de boer.
Corné Kempenaar
Onderzoeker/Lector Wageningen Plant Research/Aeres Hogeschool
Precisielandbouw verhoogt opbrengsten en bevordert verduurzaming van de sector. Volgens Corné Kempenaar, onderzoeker/lector precisielandbouw bij Wageningen Plant Research/Aeres Hogeschool, is het een bedrijfsmanagementvorm van de landbouw.
“Op het juiste moment en op de juiste plek inspelen op de variatie binnen gewassen of veestapel op de kleinst mogelijke schaal. Bij gewassen houdt dat in dat je niet uniform, dus op de gehele akker, hetzelfde doet. Je kijkt naar en speelt in op kleinere vakken en zelfs plantgericht werken is mogelijk. Bij dieren kijk je naar de individuele behoeften aan voer en verzorging.”
Technologie
“Vanaf 2005 deed gps zijn intrede op tractoren, zodat de boer weet waar hij zich op de akker bevindt. Vijf jaar later bracht sensortechnologie variatie in de bodem aan het licht. Vanaf 2012 werd het mogelijk data te genereren van satellietbeelden, waarmee akkers, in stukken van zo’n 10 bij 10 meter in kaart konden worden gebracht.
Drones doen dat tegenwoordig nog preciezer, die ‘zien’ vlakken van tien bij tien centimeter. Machines zijn ook steeds slimmer geworden, waardoor agro-chemicaliën zeer plaatselijk kunnen worden toegediend, op de halve meter in plaats van op stukken van dertig meter breed of meer.”
Met technologie kun je verduurzamen, meent Kempenaar. “Economisch, omdat je domweg bespaart op middelen als kunstmest, plantmateriaal en irrigatie. Daardoor stijgt de opbrengst. Verder worden minder schadelijke stoffen, zoals mest en gewasbescherming, uitgestoten. Ook komen er technische hulpmiddelen om objecten op percelen te beschermen, zoals sloten en vogelnesten.”
Robots
Hoewel de technologie er is, wordt die nog lang niet overal toegepast. Zeker, de moderne tractor lijkt tegenwoordig op een cockpit, met al die schermpjes. Ook appels, peren en paprika’s worden tegenwoordig met robots geoogst.
De zelfrijdende tractor komt er ook al aan, maar wordt in de praktijk nog niet toegepast. “Voorlopig zit er altijd nog een chauffeur in, die de machines erachter volgt. Maar ook: een akker is niet recht als een snelweg, dus is voorzichtigheid geboden.”
De toelevering van technologie, software en data is nog erg versnipperd.
Nederland moet bovendien zoeken naar een precisielandbouw, die past bij onze schaal, vindt Kempenaar. “Onze akkers zijn postzegels in vergelijking met die in Noord-Amerika of Oost-Europa. Daarnaast zijn onze opbrengsten wel al behoorlijk hoog. In de toekomst moeten we in Nederland dus insteken op optimalisatie van vlakken van tien bij tien meter. Daarmee bespaar je twintig tot dertig procent aan hulpstoffen en genereer je een meeropbrengst van zo’n drie tot vijf procent.”
Proeftuin
Om precisielandbouw gemeengoed te laten worden, zijn echter nog wel wat ontwikkelingen nodig. Volgens Kempenaar staan boeren nog niet te springen om allerlei technische snufjes in huis te halen. “De toelevering van technologie, software en data is nog erg versnipperd.”
Bij de boer is nog veel onduidelijkheid over het gebruiksgemak, de nauwkeurigheid van de technologie en de voordelen voor zijn bedrijf. Wat moet gebeuren is standaardisatie van data-uitwisselbaarheid, dataformats tussen verschillende bedrijfsmanagementsystemen en de verwerking van de data richting de machines. WUR doet uitgebreid onderzoek naar dit thema, in het project Nationale Proeftuin Precisielandbouw.