Bedrijven die geen duurzaam hout en papier gebruiken voor bijvoorbeeld verpakkingen hebben anno 2015 geen license to operate, stelt FSC-directeur Liesbeth Gort.
“Overstappen op gecertificeerde producten is een relatief kleine stap. Niemand wil zijn vingers toch branden aan fout hout?”
“De omschakeling zit hem meestal in de inkoop en is relatief eenvoudig, zeker vergeleken met het overstappen op een duurzamer energiebeleid. Hoewel erg veel bedrijven en organisaties al FSC-producten gebruiken zijn er nu 2800 FSC-gecertificeerd; zij mogen het keurmerk toepassen. Er is nog wel een slag te maken”, zegt Liesbeth Gort.
Behoud van de bossen
FSC, Forest Stewardship Council, is een netwerkorganisatie die over heel de wereld actief is in meer dan vijftig landen en zich richt op duurzaam behoud van bossen wereldwijd. Daarnaast streeft de organisatie naar betere werkomstandigheden voor mensen in die bossen en onder meer naar een eerlijk loon, verzekeringen en toegang tot een vakbond.
In een gemiddeld FSC-bos in de tropen worden per hectare meestal één of twee bomen geoogst.
Per bebost gebied hanteert FSC een beheersplan dat is toegespitst op de lokale situatie, waarbij het bos in stukken wordt verdeeld. “In veel landen mogen bijvoorbeeld in elk vak na de kap van bomen – wij noemen dat oogst – dertig jaar lang geen bomen meer worden geoogst zodat het gebied zich kan herstellen.
Vooraf is het gebied al in kaart gebracht en is bepaald of de oogst überhaupt is toegestaan met het oog op flora en fauna. In een gemiddeld FSC-bos in de tropen worden per hectare meestal één of twee bomen geoogst”, zegt manager Netwerk en Communicatie Juul Zwinkels.
Certificaat halen
Inmiddels is 185 miljoen hectare bos FSC-gecertificeerd – dat is tien procent van alle productiebossen in de wereld. Wereldwijd zijn er 30.000 bedrijven aangesloten bij de netwerkorganisatie. Hiermee steunen zij duurzaam en sociaal bosbeheer en geven zij op die manier bovendien invulling aan het begrip MVO.
De meeste marktleiders in het Nederlandse bedrijfsleven hebben zich inmiddels aangesloten bij FSC, vertelt Gort. “Om voor een certificaat in aanmerking te komen is onderzoek nodig van een onafhankelijke certificeerder die controleert of de bedrijfsprocessen voldoen aan de FSC-standaarden.
Pas dan mag de onderneming het FSC-label op het product plaatsen en het met FSC-claim verkopen. In de praktijk zien we dat bedrijven als ze eenmaal de stap hebben genomen graag volledig willen overgaan naar FSC-producten. Dat neemt vaak enige tijd in beslag omdat het ook stappen van toeleveranciers vereist.”
Advies
FSC-Nederland zit geregeld met het bedrijfsleven om de tafel voor het bieden van advies aan bedrijven die over willen stappen en om de markt te stimuleren meer FSC-producten te gebruiken. “We praten ook geregeld met opdrachtgevers zoals retailers. Daarnaast hopen we met behulp van campagnes FSC onder de aandacht te brengen en te laten zien welke keuzes bedrijven kunnen maken.
Vanuit de overheid zijn er diverse acties gaande om het gebruik te stimuleren.
Wat bedrijven tegenhoudt om FSC-hout te gebruiken? Het is meestal geen onwil. Niemand wil immers nog zijn vingers branden aan fout hout. Soms is het de prijs. FSC-hout uit tropische bossen is bijvoorbeeld duurder. Gelukkig zijn er de laatste jaren wel grote slagen gemaakt.
De papierindustrie gebruikt FSC-producten en ook grote supermarktketens en hun toeleveranciers kiezen voor duurzaam papier. Vanuit de overheid zijn er diverse acties gaande om het gebruik te stimuleren. De markt is dus volop in beweging”, zegt Gort.
Bedreiging
In de toekomst hoopt FSC meer bos te beheren dan de huidige 185 miljoen hectare. Naast verbetering van sociale, ecologische en economische omstandigheden zijn daarin klimaatfactoren van groot belang. “Bomen slaan natuurlijk CO2 op en mede daarom zijn ze hard nodig.
De belangrijkste bedreiging van de bossen is op dit moment de stijging van de wereldbevolking, en het omzetten van bos naar landbouwgrond voor grootschalige productie van soja en palmolie. Het is dus belangrijk dat we bossen economische waarde geven en dat ze daardoor ook op de langere termijn geld opleveren”, besluit Gort.